Culturen van de Neveldorp route
In het noorden van Peru leefde een volk dat bij de toeristen minder bekend is dan de Inca's. Wat Mijndroomreis.nl betreft ten onrechte.
Wij belichten de Chachapoyas cultuur en de bouwwerken die zij achterlieten en nu nog te bewonderen zijn.
Chachapoya Cultuur
De Chachapoyas woonden in het Noordelijk deel van het huidige Peru en dragen de bijnaam “Warriors of the Clouds”. Deze naam kregen ze omdat ze voornamelijk leefden op hogere gebieden van de oostelijke Andes, dit gebied grenst met het Amazonegebied en wordt ook wel Amazone Andes genoemd. De bouwwerken keken veelal uit over de nevelwouden. Hun architectonische stijl is zeer kenmerkend, er werd veel gebouwd met ronde stenen en er werden veelal versieringen aangebracht aan en in de huizen. De Huizen en dorpen werden veelal op hellingen in hoge gebieden gebouwd. De mooiste en belangrijkste stad was vestigingsstad Kuelap, een stad die door zijn briljante opbouw iedere aanval kon weerstaan.
In vergelijk met andere inheemse Peruaanse volken hadden de Chachapoyas een opvallende lichte huidskleur en werden daardoor gezien als bijzonder aantrekkelijk. De Chachapoya waren goed in textielbewerking en hebben ook mooie houtsnijwerken nagelaten, echter waren ze niet zo verfijnd in het vervaardigen van keramiek zoals bijvoorbeeld de Moche.
Revash
Op ca. 60km van de Stad Chachapoyas lig het dorp San Bartolo, vanaf hier begint de wandeling van 1,5 km bergopwaards naar het grafcomplex of Mausolea (Chullpas) Revash. Gelegen op 2800 meter boven zeeniveau zijn deze kleine huisjes tegen kalkstenen kliffen gebouwd en als je er naar kijkt vraag je jezelf af hoe ze daar ooit terecht zijn gekomen. Ondanks dat er veel onduidelijk is over het verhaal en de herkomst van dit mausoleum, is deze vondst gedateerd als 14e eeuw.
De huisjes zijn gebouwd van steen en adobe, gepleisterd en vervolgens in lichte kleuren geverfd. Elk huisje is rechthoekig, heeft twee verdiepingen, een schuin dak en een zijdeur. De deurpost is rijkelijk versiert met afbeeldingen van dieren mensen en vormen. De binnenwanden zijn voorzien van inkepingen met een symboliek die nog niet verklaard is.
Museo de Leymebamba
Dit museum is gelegen in Leymebamba (of Leimebamba) op zo’n 75 km van de stad Chachapoyas. Het museum bestaat sinds 2000 en is gerealiseerd door hulp van financiële ondersteuning vanuit Oostenrijk. Er word in het museum veel aandacht besteed aan de ‘Chachapoya’, evenals andere culturen. Het museum is beroemd vanwege de 220 mummies die hier te zien zijn, dit is de grootste mummie verzameling van het land. De mummies zijn onderdeel van de chachapoya-cultuur, zij begroeven de overledenen veelal in een gehurkte positie, in een kleine houten omhulsel, deze werd vervolgens omwikkeld met doeken en beschilderd met een menselijk uiterlijk. Zo werden ze in 1997 gevonden in Chullpas (graftombes), uitgehouwen in kalksteen, nabij Laguna de los Condores op zo’n 40 km van het museum vandaan. De Chachapoya waren meesters in het balsemen van lichamen en mede door het gunstige microklimaat nabij het condormeer, bleven de mummies in goede staat bewaard. Alle mummies zijn opgeslagen in een klimaat gecontroleerde ruimte en bieden een angstaanjagend uitzicht dat je niet snel zult vergeten.
Kuelap
Het symbool van Peru is de Machu Picchu. Een minder bekend bouwwerk, maar zeker niet minder indrukwekkend is de oude vestingsstad Kuelap. De oudste delen van de stad dateren uit 500 n.C. en zijn daarmee 3 x ouder dan de Machu Picchu.
Het grootste deel van het complex is gebouwd omstreeks 900 n.C. Kuelap is het belangrijkste bouwwerk van de Chachapoya en bijzonder goed bewaard gebleven. Doordat deze magische stad op ongeveer 3000 m hoogte gebouwd is en vaak omgeven wordt door nevel, draagt de Chachapoya de bijnaam “The warriors of the clouds”. De stad is omringd door Nevelwoud en door het vochtige klimaat is de stad volledig begroeid met Orchideeën en Bromelia’s. De vesting is ca. 584 m lang en 110 m breed en heeft een totale oppervlakte van ongeveer 6 ha. De stenen muren zijn 10 tot 20 meter hoog en bevatten meer stenen dan de twee grote piramides in Cairo. De gehele stad was hoog gelegen met slechts 3 smalle steile ingangen, hierdoor was de stad zeer goed te verdedigen. Er waren meer dan 550 ronde gebouwen, gemaakt van stenen en voorzien van een rieten dak. Enkele gebouwen waren versierd met friezen met een ruit of zigzag vorm of de vorm van dieren die voor de cultuur belangrijk waren. De functie van een 6 meter hoog rond gebouw, ook wel Tintero (inktpot) genaamd, is een raadsel. Omdat er offers gevonden zijn, vermoed men dat het dienst deed als observatiecentrum van de zon en voor ceremoniële doeleinden. Aan een uiteinde van de stad staat een 7 meter hoge D-Vormige toren, torréon (uitkijktoren). Archeologen vonden in dit bouwwerk meer dan tweeduizend stenen die volgens hen, door hun vorm en grootte, gebruikt werden door verdediging met katapulten. Toen de Inca’s uiteindelijk de Chachapoya verslagen hadden werden aan de stad nog 5 nieuwe gebouwen toegevoegd, met hun vierkante vorm vallen deze op tussen alle ronde gebouwen.
Sarcófagos de Carajia
In de Chachapoya-cultuur was het gebruikelijk en traditie om de doden in sarcofagen te plaatsen en deze op een goed verscholen, moeilijk toegankelijke locatie te plaatsen. In de 15e eeuw werden 8 Chachapoya-sarcofagen op een hoogte van 200 meter op een klifwand in de Utcubamba vallei geplaatst, genaamd Carajia. Heden ten dage staan er nog altijd 7 beelden op diezelfde klifwand, helaas is er één verloren gegaan, vermoedelijk bij de aardbeving van 1928. Door de afgelegen ligging en moeilijk toegankelijke positionering duurde het uiteindelijk tot 1985 voor de sarcofagen tijdens een expeditie fysiek onderzocht konden worden. Door het instorten van het ontbrekende beeld was er een gat geslagen in twee andere beelden en konden deze onderzocht worden. Één mummie ontbrak, waarschijnlijk geroofd door knaagdieren en roofvogels. De andere mummie zat ineengevouwen op een dierenhuid, deze mummie is meegenomen om te voorkomen dat roofdieren zich ook aan deze mummie tegoed zouden doen.